Het distelzaad
Ik hoorde een vrouw, zij zeide tot haar kind
zo maar, op straat
het was heel wat beter als jij nooit geboren was
het kind zei niets terug, het was nog klein
maar het begon ineens sleepvoetig traag te lopen
als één, die in ballingschap een juk met manden torst
en radeloos merkt dat ze zwanger is
in Babylon misschien of Ninevé
ja, het was zwanger, zwanger van dat woord
dat was, in duisternis ontkiemd, op weg
tot in het derde en het vierde nageslacht.
- -