Erfzonde
Ik geloof niet in God, maar wel in schuld en boete, zonde en
straf. Christenen geloven dat God hen zal verlossen: ik geloof
dat Greenpeace uitstekend werk doet. Zij geloven dat als ze
bidden hun zonden vergeven zullen worden; ik geloof dat als ik
oude kranten en flessen netjes naar de daarvoor bestemde
verzamelbakken breng, ik bijdraag aan een betere wereld. Zij
vrezen de zeven trompetten en de hagel en de zee die tot bloed
wordt en het vallen van de sterren en de sprinkhanenplagen; ik
vrees de alarmsirenes van kerncentrales en de fall-out en de
zee die tot vuilnisvat wordt en het vallen van de laatste
bomen en de komst van nieuwe ongeneeslijke ziekten. Ik vrees
niet de komst van de legers van Gog en Magog en het beest dat
uit zee oprijst; ik bereid me voor op de komst van genetisch
gemanipuleerde sojabonen en het verder openscheuren van het
gat in de ozonlaag. Wat dat betreft zit ik in hetzelfde wrakke
schuitje als alle andere gelovigen: mijn hele leven zal ik de
erfzonde als een vat nucleair afval op mijn schouders torsen.