Citaten van Adriaan Roland Holst

- dichter (1888-1976)

Zwerversliefde

Laten wij zacht zijn voor elkander, kind -
want, o de maatlooze verlatenheden,
die over onze moegezworven leden
onder de sterren waaie' in de oude wind.

O, laten wij maar zacht zijn, en maar niet
het trotsche hooge woord van liefde spreken,
want hoeveel harten moesten daarom breken
onder den wind in hulpeloos verdriet.

Wij zijn maar als de blaren in den wind
ritselend langs de zoom van oude wouden,
en alles is onzeker, en hoe zouden
wij weten wat alleen de wind weet, kind -

En laten wij omdat wij eenzaam zijn
nu onze hoofden bij elkander neigen,
en wijl wij same' in 't oude waaien zwijgen
binnen een laatste droom gemeenzaam zijn.

Veel liefde ging verloren in den wind,
en wat de wind wil zullen wij nooit weten;
en daarom - voor we elkander weer vergeten -
laten wij zacht zijn voor elkander, kind.

Uit 'Verzamelde werken'


Wie?
Of God de mens schiep, staat te bezien. Dat de mens God schiep, staat vast.

Drukpers
Hoe zou dit mensdom zonder drukpers wezen? Waarschijnlijk minder ziek van angst en vrezen.

Zin
De vraag of het leven zin heeft, heeft geen zin.

Oogst
Ik zal de halmen niet meer zien
noch binden ooit de volle schoven,
maar doe mij in den oogst geloven
waarvoor ik dien ...
Uit 'De ploeger', gedicht uit 'Gedichten 1911-1976' (2006)


Home --- Index citaten

Pagina gemaakt 29-10-2023