In het AD vandaag het verhaal van Marieke, die depressief raakte na kerkverlating. Haar gezin van herkomst was lid van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Ze groeide op zonder krant, zonder televisie, zonder zwemles, zonder feestjes, zonder uitgaan, zonder sport en spel, zonder eigen kledingkeuze. Elke zondag bezocht ze twee lange kerkdiensten vol hel en verdoemenis, er waren catechisatieavonden, het dragen van een rok en lange haren waren plicht. Ze voelde zich door haar geloofsachtergrond anders dan andere kinderen en eenzaam. Emoties bestonden niet. Ze voelde zich opgesloten. Ze paste haar gedrag aan aan de oogopslag van haar moeder. Bij onweer 's nachts moest ze beneden zitten, want dan sprak God. De discotheek was slecht. Toen ze verkering kreeg met een niet-gelovig vriendje liet iedereen haar in de steek en hoorde ze ook niets meer van de kerk. Ze ontdekte dat ze in feite buiten de wereld had geleefd. Van huis uit was ze gewend om gevoel van eigenwaarde te zien als gebrek aan nederigheid. Toen ze na haar scheiding haar moeder over die scheiding vertelde, was de reactie: 'Jij belandt op de onderste plek in de hel.'
RTS, dat officieel niet als psychische stoornis te boek staat, wordt door de Amerikaanse psycholoog Marlene Winell als volgt omschreven: 'De conditie die wordt ervaren door mensen die worstelen met het loslaten van een autoritaire, dogmatische religie en die met schade van indoctrinatie te maken krijgen. Ze gaan door een fase van het uiteenvallen van een persoonlijk, betekenisvol geloof en een zich losmaken van een begeleidende gemeenschap en levensstijl.'
Het artikel zit vol herkenning voor me, alhoewel mijn opvoeding in een aantal opzichten minder extreem was dan die van Marieke en bij mij de losmaking heel veel langzamer en achteraf bezien eigenlijk procesmatiger is verlopen en misschien minder tot crisis in mijn persoonlijk leven heeft geleid. Het gevoel van buitengesloten te zijn, voel ik wel. Want het is gewoon verstandiger om over mijn geloofsbeleving en godservaring in het allergrootste deel van mijn familiekring te zwijgen. Omdat als ik dat niet doe de afstand voelbaar groeit. En dan ben ik ook nog niet van God los, omdat ik niet kan geloven dat alles wat is, toevallig is en ik daarom aanwezigheid van een hogere intelligentie vermoed.
Zie de site Dogmavrij.
foto: Prichsenstadt, 18-6-2015
- - -